You help make Hymnary.org possible. More than 10 million people from 200+ countries found hymns, liturgical resources and encouragement on Hymnary.org in 2025, including you. Every visit affirms the global impact of this ministry.

If Hymnary has been meaningful to you this year, would you take a moment today to help sustain it? A gift of any size—paired with a note of encouragement if you wish—directly supports the server costs, research work and curation that keep this resource freely available to the world.

Give securely online today, or mail a check to:
Hymnary.org
Calvin University
3201 Burton Street SE
Grand Rapids, MI 49546

Thank you for your partnership, and may the hope of Advent fill your heart.

4. Wil mij, wanneer ik roep, verhoren

1 Wil mij, wanneer ik roep, verhoren,
o God, die mijne rechtzaak redt!
Gij hebt in angst mij hulp beschoren,
En mij doen gaan in ruime sporen;
Betoon genâ; hoor mijn gebed.
Wat moogt gij, mannen, toch beginnen?
Zal steeds tot schande zijn mijn eer?
Zult gij dan d' ijdelheid beminnen;
En, 't enemaal beroofd van zinnen,
De leugen zoeken, keer op keer?

2 Herinnert u, gij roekelozen,
Dat zich de HEER een gunstgenoot
Heeft afgezonderd en verkozen.
Hij doet mij nooit van schaamte blozen,
Die, als ik riep, mij bijstand bood.
Zijt gij beroerd, ontsteld, verlegen,
Zo zondigt niet; verzaakt uw wil;
Spreekt in uw hart; herdenkt uw wegen,
Op 't eenzaam bedde neergezegen;
En weest in all' ontmoeting stil.

3 Dan zult gij recht naar 't outer treden,
En off'ren God een rein gemoed,
Het offer der gerechtigheden,
En 't zuiv're reukwerk der gebeden;
Betrouwt op Hem, want Hij is goed.
Daar velen twijfelmoedig vragen:
"Wie zal ons 't goede toch doen zien?"
Doe Gij, o HEER, na 't angstig klagen,
Ons 't lief'lijk licht Uws aanschijns dagen,
En wil Uw rijke gunst ons biên.

4 Gij hebt m' in 't hart meer vreugd gegeven,
Dan and'ren smaken in een tijd,
Als zij, door aards geluk verheven,
Bij koorn en most wellustig leven,
In hunnen overvloed verblijd.
Ik zal gerust in vrede slapen,
En liggen ongestoord ter neer;
Want Gij alleen, mijn schild en wapen,
Schoon 't onheil schijnt voor mij geschapen,
Zult mij doen zeker wonen, HEER.

Text Information
First Line: Wil mij, wanneer ik roep, verhoren
Language: Dutch
Publication Date: 1933
Scripture:
Topic: Voor Bijzondere Personen: In verdrukking van vijanden
Tune Information
Name: [Wil mij, wanneer ik roep, verhoren]
Key: g minor



Suggestions or corrections? Contact us
It looks like you are using an ad-blocker. Ad revenue helps keep us running. Please consider white-listing Hymnary.org or getting Hymnary Pro to eliminate ads entirely and help support Hymnary.org.